Resetten van de waarden na programmering van de injector

Deze functie wordt gebruikt om de waardes in de motorregeleenheid te resetten nadat het programmeren van de injector is uigevoerd.
Opmerking:
De functie mag alleen worden uitgevoerd nadat het programmeren van de injector is uigevoerd. In de functie zal u worden gevraagd om te selecteren of één of meer injectors zijn geprogrammeerd.
Testvoorwaarden:
Procedure:
  1. Start de functie.