Deze functie dient te worden gebruikt na het vervangen of onjuist verwerken van de gasklep en laat de besturingseenheid de juiste gasklepstand aanleren.
Opmerking:
Indien dit niet gedaan is kan dit volgende consequenties hebben
Aangevraagde diagnoses voor alle componenten die te maken hebben met de gaspedaal en de gas controle stand kunnen voorkomen.
Slecht rijvermogen
Test condities:
Contact aan, motor uit.
Temperatuur koelvloeistof tussen 5 °C en 90 °C.
Geen foutcodes in het systeem.
Procedure:
Start de functie en volg de programma instructies.