De camera voor het waarschuwingssysteem voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook leren
Deze functie wordt gebruikt voor het leren van de camera van het waarschuwingssysteem voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook.
Deze bewerking moet worden uitgevoerd na het volgende:
Na vervangen van de voorruit.
De achteruitkijkspiegel wordt vervangen.
De camera van het waarschuwingssysteem voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook wordt vervangen
Foutcode het waarschuwingssysteem voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook is geregistreerd.
Opmerking:
Het voertuig moet gestart en gereden worden tijdens de functie. De geschikte snelheid is 65-110 km/uur.
Rij op een weg met goede markeringen.
Zet niet het contact uit voordat u daarom wordt gevraagd.
Test condities:
Geen foutcodes in het systeem, behalve codes die betrekking hebben op de instelling.
Accuspanning tussen 12-15V.
Procedure:
Start de functie.
Een dialoogvenster geeft aan: "Start de motor".
Het systeem is in de leermodus.
Rij met het voertuig op een weg met zichtbare rijstrookmarkeringen. Geschikte snelheid tussen 65 en 110 km/uur.
Om het leren van een eerder geïnstalleerde camera te voltooien:
Zet het waarschuwingssysteem voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook aan met de schakelaar en volg het weergeven van de rijstrookmarkeringen in het instrument tijdens het rijden.
De rijstrookmarkeringen veranderen van grijs naar groen wanneer het leren is voltooid.
Als de rijstrookmarkeringen niet worden weergegeven, moet u in plaats daarvan de methode hieronder gebruiken voor het nieuwe service-onderdeel.
Om het leren van een nieuwe camera te voltooien:
Zet het waarschuwingssysteem voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook om ongeveer elke minuut tijdens het rijden aan met de schakelaar.
Wanneer het systeem wordt ingeschakeld en de wegmarkeringen in het instrument worden weergegeven, dan is het leren voltooid.
De functie is nu voltooid.
Als deze functie mislukt, moet u de voorvereisten van de test controleren en mogelijke foutcodes repareren.