Brandstofpomp uitschakeling en brandstofdrukontlasting
Deze functie wordt gebruikt om de brandstofpomp uit te schakelen wanneer de motor stationair draait.
Opmerking:
De motor zal stoppen zodra de brandstofpomp wordt uitgeschakeld. Na voltooiing van de functie, zal de brandstofpomp opnieuw starten de volgende keer wanneer de ontsteking wordt ingeschakeld.
Als de motor is gestopt, laat de startmotor een paar keer draaien, wanneer deze functie wordt geactiveerd, om de druk van de brandstofleiding te ontlasten. De gegevenslijst laat zien of het brandstofpomprelais actief of niet.
Test condities:
Motor draait stationair.
Procedure:
Start de motor en laat deze stationair draaien.
Start de functie.
Wacht totdat de motor stopt.
Laat de startmotor een paar keer draaien.
Zet het contact uit.
Druk op "Afbreken" als u de functie wilt annuleren.