Voorwaarden voor de test:
Motor draait stationair.
Geen fouten opgeslagen.
Geen lekken in het uitlaatsysteem.
Motortemperatuur hoger dan 85 °C.
Alle elektrische belastingen uitgeschakeld.
Automatische versnellingsbak op “P/N”.
Gasklepkabelinstelling OK.
Opmerking:
Wordt gebruikt om het stationair toerental te controleren.
The stationair toerental, de voor/na-ontsteking en de CO-waarde zijn niet instelbaar.
Het stationair toerental wordt ingesteld door de regeleenheid.
De CO-waarde wordt geregeld door de lambda-regeling.
In de basisinstellingstand wordt de koolstofbuisklep gesloten, wordt de airconditioning uitgeschakeld, en wordt de lambda-aanpassing gestart.
Procedure:
Kies de stationair-toerental-controleren-functie.
Let op het toerentalsignaal, stationair draaien. Voorgeschreven waarde 650-750 tpm.