Basisinstelling van de mechatronische eenheid

Met deze functie voert u een basisinstelling uit van de regeleenheid van de transmissie. Middels de basisinstelling worden de versnellingsstanden gesynchroniseerd. In de volgende gevallen:
De volgende functies moeten in de juiste volgorde worden uitgevoerd:
  1. Basisinstelling van de mechatronische eenheid.
  2. Testrit na basisinstelling.
Opmerking:
Test condities:
Procedure:
  1. Start de functie en volg de programma instructies.
  2. De volgende basisinstellingen worden uitgevoerd:
  3. Ga door met de functie "Testrit na basis instelling".