Testrit na basisinstelling.
Deze functie moet worden uitgevoerd na vervanging van de mechatronic eenheid en na uitvoering van een basisinstelling van de mechatronic eenheid.
Opmerking:
De testrit wordt uitgevoerd tijdens het rijden en er hoeft geen diagnose-instrument te worden aangesloten.
Tijdens de testrit worden de ingrijpingspunten van de koppeling ingeleerd en opgeslagen in de transmissie mechatronic eenheid.
Test condities:
Aandrijving temperatuur tussen 30 en 100ºC.
Kies een stuk weg dat voldoet aan de eisen voor een testrit.
Procedure:
Controleer of de transmissie olietemperatuur tussen 30 en 100 °C ligt.
Starten vanuit stilstand.
Rijd tweemaal vooruit in run stap D en rijd tot in de tweede versnelling.
Rijd tweemaal achteruit.
Rijd in alle versnellingen inclusief de achteruit.
Zet de keuzehendel in de tilt track.
Rijd in alle versnellingen gedurende minimaal 3 seconden.
Rijd afwisselend in de 4e of 6e versnelling (shift as 2) en de 5e of 7e versnelling (shift as 1).
Zet de keuzehendel in de tilt track.
Motorsnelheid tussen 2000-3000 toeren.
Constant gedurende 2 minuten in 4e of 6e versnelling.
Constant gedurende 2 minuten in 5e of 7e versnelling.
Eindig met een controle van de reactie van de versnellingsbak tijdens het schakelen.
Rijd in alle versnellingen in run stap D inclusief de achteruit.
Functie voltooid.