Voorwaarden voor de test:
Motor draait stationair.
Geen fouten opgeslagen.
Opmerking:
Wordt gebruikt voor het opsporen van fouten door de lambdaregeling te activeren en te deactiveren.
Procedure:
Kies de lambdaregelingsfunctie.
Het is nu mogelijk om met de pijlen boven de waarderegels af te wisselen tussen lambdaregeling geactiveerd of gedeactiveerd (Uit of Aan in het lambdaregelingsstatusveld).
Wanneer de basisinstelling uitgevoerd is, wordt lambdaregeling automatisch geactiveerd.