Maak het aanpassingsgeheugen leeg


De motorregeleenheid leert en corrigeert mogelijke afwijkingen in bijv. het lambdaregelsysteem. Deze aanpassingen worden opgeslagen in het aanpassingsgeheugen. Deze functie wist alle aanpassingswaarden in de motorregeleenheid. Als een defecte lambdasonde is vervangen of een lekkende uitlaat is hersteld, kunnen met deze functie de oude en onjuiste aanpassingswaarden worden gewist.

Test voorvereisten.

Procedure:

  1. Kies de functie: Wis het aanpassingsgeheugen

  2. De functie start, de aanpassingswaarden worden gewist. Een dialoogvenster geeft aan: procedure geslaagd / mislukt.

  3. Verlaat de functie en koppel het diagnostisch gereedschap los

  4. Schakel de ontsteking uit voor 15 sec., en schakel hem aan voor 30 sec.

  5. Start de motor en laat hem stationair draaien totdat deze volledig warm is

  6. Rij het voertuig variabel om het leerproces te voltooien van de nieuwe aanpassingswaarden