Het programmeren (inwerken) van de wielzender


Deze functie wordt gebruikt voor het programmeren van de nieuwe wielsensors door middel van het magnetiseren in het TPMS-systeem.

Opmerking:

De wielen die geprogrammeerd moeten worden moeten op het voertuig zitten als het programmeren plaatsvindt.

Pomp alle banden op tot een druk van 3,7 bar en wacht minstens één minuut. Als de banden opgepompt zijn tot 3,7 bar, rij voor het beste resultaat niet in de auto.

Voor een goede transmissie/ontvangst is het het beste om de band met de klep zo dicht mogelijk bij de grond te plaatsen. De procedure kan tot 1 minuut per bank duren. Als er gedurende deze tijd geen code ontvangen wordt, eindigt de functie met een niet goedgekeurd resultaat.

Test condities:

Procedure:

  1. Plaats de nieuwe wiel zenders/wielsets die geprogrammeerd moeten worden naar het voertuig.

  2. Pomp de banden op tot 3.7 bar en wacht minstens één minuut.

  3. Start de functie en volg de programma instructies.

  4. Als het programmeren voltooid is, herstel de normale bandenspanning.