Testcondities:
Contact aan
Geen fouten opgeslagen
Accuspanning boven 11,5 V.
Alle elektrische verbruikers uitgeschakeld.
Gasklep in stationaire positie.
Temperatuur inlaatlucht boven 6 °C.
Motortemperatuur tussen 5-115 °C
Indien cruise control aanwezig, moet deze correct werken.
Opmerking:
De basisinstelling zorgt voor aanpassing van de gasklep-regeleenheid aan de motorregeleenheid.
Als de gasklepregeleenheid is veranderd, moet ook de EGR-klep worden aangepast.
Aanpassing is nodig als:
De gasklepregeleenheid of de EGR-klep uit het voertuig is verwijderd.
De gasklepregeleenheid of de EGR-klep is vervangen.
De elektrische voeding van de motorregeleenheid is onderbroken.
De motorregeleenheid is vervangen.
Lambdasondes, injectors of de katalysator is vervangen.
Lekken in het inductiesysteem zijn gedicht
Procedure:
Kies de functie: Gasklep-regeleenheid.
De gasklepregeleenheid onderbreekt de elektrische voeding van de gasklepeenheid. Als u dit doet, wordt de gasklep vooruit geduwd naar zijn noodstop. De posities van de gasklepsensors voor deze instelling worden opgeslagen in de motorregeleenheid. Hierna wordt de gasklep geopend. Als hij zijn positie heeft bereikt, wordt de voeding onderbroken. De gasklep moet dan binnen een gespecificeerde tijd mechanisch terugkeren naar de noodbedrijf-positie. Hierna sluit de gasklep-regeleenheid de gasklep en worden de opgeslagen waarden van de gasklepsensors opgeslagen in de motorregeleenheid.
Controleer de waarden in de aanpassingsstap en de aanpassingsstatus. Voorgeschreven waarde: de aanpassingsstappen moet worden geteld van 0 tot 9; de aanpassingsstatus moet veranderen van "ADP aan" in "ADP OK" / "ADP Fout".
Ga door met de aanpassing van de EGR-klep.