Voorwaarden voor de test:
Ontsteking aan
Geen fouten opgeslagen.
Accuspanning min. 11 Volt.
Alle elektrische belastingen uitgeschakeld.
Smeerklep in stationair draaien-positie.
Opmerking:
Past de regeleenheid van de gasklep aan de regeleenheid van de motor aan.
Het aanpassen moet gebeuren wanneer:
De regeleenheid van de gasklep werd verwijderd uit het voertuig.
De regeleenheid van de gasklep werd vervangen.
De elektrische stroomvoorziening van de regeleenheid van de motor werd losgekoppeld.
De regeleenheid van de motor werd vervangen.
Procedure:
Kies de gasklepregeleenheid-functie.
De regeleenheid van de gasklep werkt in de minimum- en maximumposities en in verschillende tussenliggende posities. De regeleenheid slaat de overeenkomstige smoorhoek op in het permanente geheugen.
Tijdens het aanpassen wordt “Aanpassen bezig…” getoond in het aanpas-statusveld. Wanneer het aanpassen klaar is, wordt “Aanpassen OK!” / “Aanpassingsfout” getoond.