Camera en radar kalibratie


Deze functie wordt gebruik bij het vervangen van de voorruit of naar voren gekeerde radar. Er wordt een tekstbericht getoond waarop staat dat de radar niet gekalibreerd is in het combinatieinstrument (DIM). De naar voren gekeerde radar en camera worden gekalibreerd door de kalibratiefunctie te starten en dan voltooid wordt door in het voertuig te rijden. De radar meet stationaire objecten langs de weg zoals borden, vangrails, etc. en pas zichzelf elektronisch aan. De camera let op rijwegmarkeringen, stoepranden, etc. die de auto op een punt in de horizon zal tegenkomen.

Opmerking:

Als zowel de radar en de camera kalibratie nodig hebben, verdwijnt het tekstbericht alleen van het combinatieinstrument (DIM) als beide gekalibreerd worden.

Kalibratie moet voorkomen worden onder de volgende omstandigheden:

Test condities:

Procedure:

  1. Contact aan, motor uit.

  2. Selecteer gewenste kalibratie.

  3. Voer de kalibratie uit volgens de instructies van de functie.

    • Bij het kalibreren van de radar, verschijnt een waarschuwingsbericht in het combinatieinstrument (DIM).

    • Bij het kalibreren van de camera, worden de foutcodes C100154 en U030055 opgeslagen.

  4. Als de kalibratie voltooid is verlaat de functie en de verbinding met het voertuig. Dan zou een testrit uitgevoerd moeten worden volgens de volgende instructie.

    • Snelheid niet lager dan 60 km/h. bij voorkeur over de 80 km/h. Hoe lager de snelheid hoe langer het duurt voordat de kalibratie voltooid is.

    • Handhaaf de stabiel mogelijke snelheid.

    • Het is beter om op een rechte weg te rijden, omdat wegen met veel bochten de kalibratietijd verlengen.

    • Blijf ongeveer 10 auto lengtes van de auto die voor u rijdt.

    • Als de weg verschillende rijbanen heeft, is het beter om op de rijbaan te rijden die het dichtste bij vaste objecten ligt zoals verkeersborden, vangrails, etc. De voorkeur ligt bij wegmarkeringen die zichtbaar zijn aan beide kanten van de weg.

  5. De kalibratietijd kan verschillen volgende bovenstaande omstandigheden maar het duurt meestal 5 tot 15 minuten. Het kan langer duren afhankelijk van de rijomstandigheden.

  6. Het tekstbericht in het combinatieinstrument verdwijnt als de kalibratie is uitgevoerd; Als het voertuig opnieuw is opgestart tijdens de kalibratie, moet de kalibratie weer vanaf het begin beginnen.

    • Vervolg verbinding met het voertuig en wis alle foutcodes.

  7. De volgende informatie wordt alleen toegepast op S60(11-), V60 en structuurweek 201046 ook S80(07-), S80L, V70(08-), XC70(08-) en XC60.

    • De kalibratiecyclus van de camera wordt automatisch geannuleerd na 30 minuten als genoeg objecten niet gedetecteerd zijn. Een nieuwe periode van 30 minuten begint automatisch.

    • De kalibratiecyclus gaat verder totdat er genoeg doelen waargenomen zijn.