Voor de modelen: E39, E46, en E53
Opmerking:
Na uitvoeren van de basisafstelling gaat het lampje automatisch aan/uit als het contact in- en uit wordt geschakeld met de lampschakelaar in positie. 2.
Is het voertuig uitgerust met een RLS (regen-/lichtsensor) dan regelt de lichtsensor automatisch de dimlichten aan de hand van de lichtintensiteit van de omgeving. De dimlichten worden bijvoorbeeld automatisch geactiveerd in de schemering of bij het binnenrijden van een tunnel. Auto’s uitgerust met een RLS zijn o.a. herkenbaar aan het lichtsymbool links van de nulstand plus de letter A. Om de lichtsensor te activeren moet de lichtschakelaar op stand A worden gezet. Deze afstelling kunt u ook verrichten bij auto’s met een RLS (regen-/lichtsensor) want deze afstelling heeft geen invloed op het functioneren van de lichtsensor met de lichtschakelaar in stand A.
Test condities:
Contact aan
Procedure:
Selecteer de functie: "Automatische lage straal" en druk "OK".
Een dialoogvenster toont de huidige status met de automatische dimlichten actief of uitgeschakeld.
Selecteer "OK" om de automatische dimlichten te activeren/deactiveren.
Zet het contact uit en weer aan. Druk op OK.
De nieuwe status wordt weergegeven, met de automatische dimlichten actief of uitgeschakeld.
Zet het contact uit en weer aan. Draai het contact in de uitstand en wacht 15 seconden.