De basisinstelling wordt gebruikt om de regulering voor spanningsverhoging te controleren. Tijdens de basisinstelling wordt de motorsnelheid tot ongeveer 1400 rpm verhoogd en wordt de reguleringsklep voor spanningsverhoging geopend en alternatief weer gesloten.
NB.
De basisinstelling wordt automatisch door de motorbesturingseenheid voltooid. Het is ook mogelijk de basisinstelling te verlaten door op het versnellingspedaal te drukken of de functie te verlaten. De klep van de spanningsverhogingsklepeenheid wordt naar mg/u (injectiehoeveelheid) geschakeld als de basisinstelling is voltooid.
Test voorvereisten.
Motor draait stationair.
Het gaspedaal en rempedaal mogen niet worden gebruikt.
Procedure:
Kies de functie: Spanningsverhogingsregulering.
De motorsnelheid wordt automatisch naar 1400 rpm verhoogd.
De spanningsverhogingsreguleringsklep wordt alternatief geopend en gesloten.
Sluit de functie.