Regeneratie van deeltjesfilter


Met deze functie verwijdert u roetdeelttjes uit het deeltjesfilter door ze te verbranden m.b.v. een hogere uitlaattemperatuur. Regeneratie wordt normaal uitgevoerd door de motor controle module maar, bijv. bij het rijden door de stad, wordt vaak de nodige uitlaattemperatuur niet behaald om de regeneratie te starten. Daarna moet de auto een langere afstand rijden met constante snelheid van minstens 60 km/h. Indien je nog steeds onzeker bent of de regeneratie gelopen heeft, kun je het starten aanvragen met deze functie. Indien de partikelfilter verstopt zit door roet, kan de regeneratie na korte tijd blokkeren. Daarna moet een regeneratie gedraaid worden door te rijden met de auto met een constante snelheid ongeveer 30 minuten, met een snelheid van minstens 60 km/h. Daarna kan de regeneratie van de partikelfilter gedraaid worden met deze functie.

Test condities:

Procedure:

  1. Start de functie.

  2. Druk op "OK" om een regeneratie in de motor controle module aan te vragen.

  3. Zet de ontsteking af voor 30 seconden.

  4. Start de motor.

  5. Rij minsten 20 minuten in de auto met een constant snelheid van 60 km/h.

  6. Regeneratie van de deeltjesfilter wordt gestart zodra de koelvloeistoftempe-ratuur 75 °C bereikt en de uitlaatgastemperatuur 240 °C overschrijdt.

  7. Status van regeneratie wordt vertoond in de data lijst parameters, het is ook mogelijk om de gereden afstand na de laatste regeneratie uit te lezen.

  8. Als de regeneratie geen tijd heft om te eindigen, zal het doorgaan tijdens de volgende rijcyclus, zodra de koelingstemperatuur 75 °C heeft behaald en de uitlaattemperatuur boven de 240 °C is.

  9. De functie is uitgevoerd.

    • Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.