Deze functie wordt gebruikt om het algoritme voor de inwerking van de krukasstand variatie te activeren, die de referentiecorrectiefactoren berekent voor het diagnosticeren van het overslaan.
Test condities:
Contact aan, motor uit.
Procedure:
Start de functie en volg de programma instructies.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.