Deze functie moet gebruikt worden wanneer de partikel emissiefilter schoongemaakt of vervangen wordt. De functie stelt de parameter nul voor de totale hoeveelheid dieseladditief dat geinjecteerd is in het partikel filter (teller.
Test voorvereisten.
Motor koud en niet gestart voor ten minste 10 minuten
Contact aan, motor uit.
Geen fouten opgeslagen.
Alle elektrische verbruikers moeten zijn uitgeschakeld.
Accuspanning is boven 12 volt.
Procedure:
Start de functie, druk op OK.
Een dialoogvenster geeft aan: procedure geslaagd/mislukt.
Als de functie mislukt, moet u de voorvereisten van de test controleren en mogeijke foutcodes repareren.
Sluit de functie.
Zet contact uit en wacht 15 seconden.