Versie codering


Bij het vervangen van een regeleenheid moet de versie worden gecodeerd voor een juiste werking.

Opmerking! Het besturingsorgaan dat de coderingsgegevens van het voertuig bevat, bijv. "Combi-instrument" en "Verlichtingsmodule" moet niet eerder op een ander voertuig gecodeerd zijn en moeten nieuw zijn.

Opmerking:

Test condities:

Procedure:

  1. Met de defecte regeleenheid nog geïnstalleerd.

  2. Start de "Version coding" functie.

  3. De coderingsgegevens van het voertuig worden gecontroleerd om te zien dat die OK zijn.

  4. Selecteer: "Save data" om de opgeslagen gegevens te lezen uit het onjuiste besturingsorgaan.

  5. Geef het bestand een naam zoals gewenst en selecteer waar dit moet worden opgeslagen. Druk op "Opslaan".

    • Het kan nuttig zijn om voor de naam van het bestand het kentekennummer van de auto te gebruiken en het op te slaan op het bureaublad van de computer.

  6. Een dialoogvenster bevestigd dat de opgeslagen gegevens opgeslagen zijn in het bestand.

  7. Klik op "OK" en verlaat de verbinding met het voertuig.

  8. Regeleenheid vervangen.

  9. Vervolg de verbinding met het voertuig en selecteer de "Version coding functie".

  10. De coderingsgegevens van het voertuig worden gecontroleerd om te zien dat die OK zijn.

  11. Selecteer: "Transfer data" om de opgeslagen gegevens te downloaden op het nieuwe voertuig.

  12. Open het bewaarde bestand dat de gegevens bevat van het verkeerde besturingsorgaan door erop te dubbelklikken of het te markeren en te klikken op "Open".

  13. U wordt gevraagd of u de codering wilt starten. Klik op "YES" om de codering uit te voeren en "NO" om te annuleren.

  14. Versiecodering is uitgevoerd.

  15. Na dat het coderen van de versie voltooid is, moet de ontbranding 10 seconden uitgezet worden alvorens dat de functiecheck is uitgevoerd.