Deze functie wordt gebruikt om de signalen van de controle eenheden naar de geselecteerde solenoïde klep te controleren. De test controleert niet de eigenschappen van de solenoïde kleppen zoals de interne weerstand en voedingsdraden
De motor moet uitstaan tijdens de test.
Test condities:
Contact aan, motor uit.
Procedure:
Start de functie.
Een dialoog box toont test voorwaarden, controleer ze en druk op "OK"
Selecteer solenoïde klep die getest moet worden.
Start en stop activering van geselecteerde klep.
Herhaal de procedure voor de kleppen die getest moeten worden.
De functie is uitgevoerd.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.