Deze functie wordt gebruikt voor het inlopen van de klimaatcompressor na vervanging, en bijvulling van het koelsysteem. Inlopen is noodzakelijk om de smering te garanderen. Bij het inlopen moet de klimaatcompressor op een vooraf bepaalde motorsnelheid draaien (300-1500 omwentelingen/min.) De door de fabrikant bijgevulde hoeveelheid olie wordt dan gelijkmatig vermengd met de koelvloeistof.