Voorwaarden voor de test:
Motor draait stationair.
Geen fouten opgeslagen.
Geen lekken in het uitlaatsysteem.
Motortemperatuur hoger dan 80 °C.
Alle elektrische belastingen uitgeschakeld.
Automatische versnellingsbak op “P/N”.
Gasklepkabelinstelling OK.
Opmerking:
Wordt gebruikt om de vereisten van de basisinstelling te controleren.
Aan deze vereisten moet voldaan zijn wanneer het stationair toerental wordt gecontroleerd.
Procedure:
Kies de vereisten-basisinstelling-functie.
Controleer het cijferblok in de vereisten-basisinstelling-kolom. Voorgeschreven waarde: 111111.
Verlaat de vereisten-basisinstelling-functie en ga verder met de controle van het stationair toerental.