Hiermee configureert u de status voor functie van de rijlichten.
Er zijn drie statustypes voor de lichtschakelaar in de UIT-stand:
"Altijd geactiveerd": Parkeerlichten en rijlichten of Bi-Xenon lichten zijn altijd geactiveerd als de lichtschakelaar op UIT staat.
"Geactiveerd via sensor": het activeren van de lichten hangt af van het signaal van de schemersensor. Om de rijlichtfuncties "Flexzero, "Flexstd" en "Flexlgt" te laten werken als de lichtschakelaarstand op UIT staat moet de rijlichtstatus worden ingesteld op "Geactiveerd via sensor".
"UIT": Parkeerlichten en rijlichten of Bi-Xenon lichten zijn niet geactiveerd als de lichtschakelaar op UIT staat.
Test condities:
Contact aan, motor uit.
Procedure:
Selecteer de functie: "Status rijlichten programmeren", druk op “OK”.
Een dialoogvenster met de geprogrammeerde status voor de rijlichten verschijnt.
Druk op "OK" om door te gaan.
Selecteer de gewenste rijlichtstatus en druk op “OK” om te beginnen met programmeren.
Na een geslaagde programmatie wordt de geprogrammeerde rijlichtstatus weergegeven.
Druk "OK" om de functie te verlaten.