Deze functie wordt gebruikt om de radarsensor te kalibreren door te rijden in verkeer. Het gebeurt automatisch, handmatige aanpassing is niet mogelijk.
De duur van de aanpassingsprocedure ligt tussen 5 en 15 minuten. Als de kalibratieprocedure niet lukt, wordt deze automatisch afgebroken na 30 minuten.
Opmerking:
Schakel het contact niet uit tijdens de kalibratieprocedure.
Het voertuig moet op een snelheid hoger dan 30 km/u (19 mph) rijden na het starten van de kalibratie.
Zorg dat er geen voertuigen vóór het voertuig staan tijdens de kalibratie.
Test condities:
Voertuig stationair.
Parkeerrem toegepast.
Normaal rijniveau.
De juiste bandenspanning op alle wielen.
Motor aan.
Geen lopende foutcodes in het systeem: RDF, behalve de foutcode "FCFAED".
Procedure:
Start de functie.
Een dialoog box toont test voorwaarden, controleer ze en druk op "OK".
Een dialoogvenster geeft de huidige kalibratiestatus weer.
Druk op de 'Start' knop om de kalibratie te starten.
Op het instrumentenpaneel van het voertuig kunt u zien dat de kalibratie is gestart.
Volg de instructies op het instrumentenpaneel en de testcomputer.
Als de kalibratie is voltooid volgens de instructies op het instrumentenpaneel. Druk op "OK".
Een dialoog box toont instructies, voer deze uit en druk op "OK.
De functie is uitgevoerd.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.