Algemene informatie
Het motormanagementsysteem controleert doorlopend de inputsignalen van de verschillende sensoren in het inspuitsysteem en vergelijkt ze met ingestelde grenswaarden. Als een signaal buiten de grenswaarden valt, slaat de regeleenheid de foutencode op in het geheugen. De foutencodes kunnen gemakkelijk afgelezen worden op de motorcontrolelamp.
Toyota gebruikt twee-fouten aangevende autodiagnose. Dit betekent dat de eerste fout normal niet de motorlamp doet branden. De motorlamp gaat alleen branden wanneer de fout gedurende twee opeenvolgende cycli vastgesteld wordt. Bij autodiagnose met Testmode, gaat het motorlampje branden bij de eerste foutenindicatie.
Diagnosemode op alle systemen
Breng een verbinding aan tussen E1 en T/T1. Schakel de ontsteking in. De motorlamp geeft met knippersignalen de foutencode(s) aan. (Vroege modellen hebben T, latere T1.)
Testmode, alleen op TCDL
Breng een verbinding aan tussen E1 en T2. Maak een testrit met de auto en probeer om de door de klant gerapporteerde fout te reproduceren. De motorlamp gaat branden als en wanneer autodiagnose de fout ontdekt. Rij terug naar de werkplaats en lees de foutencodes af in Normale mode.
Voorkomen van de foutcodes
Geen fouten opgeslagen.
Als er geen fouten opgeslagen zijn in de regeleenheid, knipper het motorlampje onafgebroken met een interval van 0,26 seconden.
0,26s 0,26s 0,26s 0,26s 0,26s 0,26s 0,26s 0,26s 0,26s
Voorbeeld 1. Geen fouten opgeslagen.
Foutencode opgeslagen
De knippersignalen betekenen het volgende:
Het aantal tientallen wordt aangegeven door knippersignalen van 0,5 seconden.
De lamp blijft gedurende 1,5 seconde gedoofd tussen tientallen en eenheden.
Het aantal eenheden wordt aangegeven door knippersignalen van 0,5 seconden.
De lamp blijft gedurende 2,5 seconde gedoofd tussen foutencodes.
Wanneer alle foutencodes getoond zijn, blijft de lamp gedurende vier seconden gedooofd voor de foutencodes herhaald worden.
0,5s 1,5s 0,5s 0,5s 0,5s 0,5s 0,5s
Voorbeeld 1. Foutencode 13, één tiental, één interval en drie eenheden
De diagnoseaansluiting
De diagnoseaansluiting is op de motor of op één van de veerpotentorens geplaatst. Het voorkomen kan variëren. De illustratie toont het latere model.
De diagnoseaansluiting
Verklaring van de aansluitingen:
+B Hoofdrelaiscontact, +12V wanneer het hoofdrelais geactiveerd is
E1 Massa
FP Brandstofpomprelaiscontact, +12V wanneer het pomprelais geactiveerd is
IG TPM van geleverd vermogen stadium of ontstekingsspoel
T1 Diagnosemode
T2 Testmode
W Motorlamp
Twee diagnosetypes
- Diagnostemode wordt gebruikt om de foutencodes die opgeslagen zijn in het geheugen van de regeleenheid te lezen.
- Testmode wordt gebruikt om foutencodes op te slaan tijdens testritten. Handig voor het vinden van intermitterende fouten.
Foutencodes aflezen
De foutencodes kunnen afgelezen worden op de motorcontrolelamp.
Diagnosemode op alle systemen
1. | Verbinding tussen E1 en T/T1 (vroege modellen hebben T, latere T1.) |
2. | Schakel de ontsteking in |
3. | De motorlamp geeft met knippersignalen de foutencode(s) aan |
Testmode, alleen op TCDL
1. | Breng een verbinding aan tussen E1 en T2 |
2. | Maak een testrit met de auto en probeer om de door de klant gerapporteerde fout te reproduceren |
3. | De motorlamp gaat branden als en wanneer autodiagnose de fout ontdekt |
4. | Rij terug naar de werkplaats en lees de foutencodes af in Normale mode |
Wis foutcodes
Corrigeer de fouten in het systeem voor u de foutencodes wist.
1. | Schakel de ontsteking uit en maak zekering EFI in de zekeringenkast gedurende tenminste 20 seconden los |
2. | Zet de zekering terug vast |
3. | Rij met de auto |
4. | Controleer of de codes gewist zijn |
Foutencodeslijst
De regeleenheid zal de foutencodes tonen door knippersignalen van de motorcontrolelampo wanneer men een verbinding aanbrengt tussen T/T1 en E1 en de motorontsteking in te schakelen.
EFI
1 | Geen fouten in het systeem |
2 | MAP-sensor |
3 | Regeleenheid of ontstekingsvermogenstand |
4 | Koelvloeistoftemperatuursensor |
6 | Omwentelingssensor |
7 | Gaskleppotentiometer |
8 | Inlaatluchttemperatuursensor |
9 | Snelheidssensor |
10 | Slingersignaal ontbreekt |
11 | AC aan tijdens test |
TCCS + TCDL
11 | Stroomtoevoer naar regeleenheid |
12 | Omwentelingssignaal |
13 | Omwentelingssignaal |
14 | Ontstekingsimpulsen |
16 | ECT-signaal ontbreekt (AT) |
21 | Lambdasensorcircuit |
22 | Koelvloeistoftemperatuursensor |
24 | Inlaatluchttemperatuursensor |
25 | Branstof/lucht-mengsel te arm |
26 | Branstof/lucht-mengsel te rijk |
31 | Luchtdebietsensor/MAP-sensor |
32 | Luchtdebietsensor/MAP-sensor |
33 | Stationair toerental-klep |
34 | Turbolaadsensor |
35 | Turbolaadsensor |
41 | Gaskleppotentiometer |
42 | Snelheidssensor |
43 | Slingersignaal ontbreekt |
51 | Verbindingsfout Wordt getoond wanneer de AC AAN is, stationair toerental UIT is of D/R (AT) tijdens test |
52 | Pingelsensorsignaal |
53 | Pingelsensorregeling in regeleenheid |
54 | Intercooler |
55 | Pingelsensorsignaal |
Model, modeljaar en systeem
Er kunnen drie verschillende systeemtypes getest worden:
- EFI-systeem met een code van één cijfer
- TCCS-systeem met een code van twee cijfers en diagnosemode
- TCCS- + TDCL-systeem met een code van twee cijfers en diagnosemode en testmode
Model | Jaar | Motor | Systeem |
Camry 2.0 GLi | m/84-90 | 2S-E | EFI |
Camry 2.0i | m/86-91 | 3S-FE | TCCS |
Camry 2.2i 16V | m/91-93 | 5S-FE | TCCS + TDCL |
Camry 2.5i | m/88-92 | 2VZ-FE | TCCS |
Camry 3.0i 24V | m/91-93 | 3VZ-FE | TCCS + TDCL |
Camry V6 GX | m/95- | TCCS + TDCL | |
Carina 1.6i | m/92-93 | 4A-FE | TCCS + TDCL |
Carina 2.0i | m/92-93 | 3S-FE | TCCS + TDCL |
Carina 2.0GTi | m/92-93 | 3S-GE | TCCS + TDCL |
Carina XLi | m/95- | TCCS + TDCL | |
Celica 1.6i | m/90-93 | 4A-FE | TCCS + TDCL |
Celica 1.8i Auriol | m/95- | TCCS + TDCL | |
Celica 2.0i GT | m/86-89 | 3S-GE | TCCS + TDCL |
Celica GT 2.0i | m/90-93 | 3S-GE | TCCS |
Celica GT-4 | m/88-89 | 3S-GTE | TCCS |
Celica GT-4 Turbo 4x4 | m/90-93 | 3S-GTE | TCCS + TDCL |
Corolla 1.3i | m/92-93 | 4A-FE | TCCS + TDCL |
Corolla 1.6i 4x4 | m/89-93 | 4A-FE | TCCS + TDCL |
Corolla GT Coupé | m/84-87 | 4A-GE | TCCS |
Corolla GTi | m/87-89 | 4A-GE | TCCS |
Corolla GTi | m/89-92 | 4A-GE | TCCS + TDCL |
High-Ace 2.4i | m/89-93 | 2RZ-E | TCCS |
MR2 2.0i | m/90-93 | 3S-FE | TCCS + TDCL |
MR2 2.0i GT | m/90-93 | 3S-GE | TCCS + TDCL |
Previa 2.4i | m/90-93 | 2TZ-FE | |
Previa GL | m/95- | ||
Previa 3.0i | m/89-93 | 3VZ-E | |
Supra 2.8i | m/81-86 | 5M-GE | EFI |
Supra 3.0i | m/86-93 | 7M-GE | TCCS + TDCL |
Supra 3.0i Turbo | m/88-93 | 7M-GTE | TCCS + TDCL |
Lexus ES250 | m/90- | TCCS + TDCL | |
Lexus LS400 | m/90- | TCCS + TDCL | |
Lexus SC300 | m/92- | TCCS + TDCL | |
Lexus SC400 | m/92- | TCCS + TDCL | |
Lexus GS300 | m/95- | TCCS + TDCL |
EFI: | Electronic Fuel Injection (Elektronische brandstofinspuiting) |
TCCS: | Toyota Computer Controlled System |
TCDL: | Toyota Computer Diagnose Link |