Deze functie wordt uitgevoerd na olieverversing in de automatische transmissie.
Test condities:
Motor aan.
Transmissie-olie, temperatuur tussen 30°C en 50°C.
Voertuig zo omhoog gebracht dat de wielen vrijelijk kunnen draaien.
Parkeerrem toegepast.
Procedure:
Start de functie.
Beweeg de schakelselector naar stand "R" en dan naar stand "D".
Beweeg de schakelselector naar de steptronic en schakel door alle versnellingen. Houd elke versnelling 3 seconden vast.
Plaats de schakelselector terug in de stand "P".
Controleer of de temperatuur van de transmissie-olie zich binnen de tolerantiewaarden bevindt voor het uitvoeren van de functie.
Draai de vulschroef op het transmissiehuis naar buiten.
Controleer of er olie uit het vulgat komt.
Als er olie uit het vulgat loopt:
Wacht tot een kleine hoeveelheid olie naar buiten komt of tot de olie helemaal niet meer stroomt.
Draai de vulschroef weer vast en zet de motor af.
Het oliepeil is nu gecontroleerd.
Als er geen olie uit het vulgat loopt dan is het oliepeil te laag:
Controleer de temperatuur van de transmissie-olie opnieuw.
Als de temperatuur te hoog is, draait u de vulschroef weer vast en zet u de motor af.
Zet het contact aan en controleer de temperatuur van de transmissie-olie met behulp van de functie. Wacht tot de juiste temperatuur is bereikt en start de motor.
Beweeg de schakelselector opnieuw door alle verscnellingen en terug naar stand P.
Voeg transmissie-olie toe tot er olie uit het vulgat stroomt.
Wacht tot een kleine hoeveelheid olie naar buiten komt of tot de olie helemaal niet meer stroomt.
Draai de vulschroef weer vast en zet de motor af.
Het oliepeil is nu gecontroleerd.
De functie is uitgevoerd.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.