Deze functie past de luchtstroommeter aan op de besturingseenheid van de motor. Voer een aanpassing uit als de luchtstroommeter wordt vervangen.
Test voorvereisten.
Motor koud en niet gestart voor ten minste 10 minuten
Contact aan, motor uit.
De luchtstroommeter juist verbonden en geïnstalleerd.
Geen fouten opgeslagen.
Alle elektrische verbruikers moeten zijn uitgeschakeld.
Accuspanning is boven 12 volt.
Procedure:
Start de functie, druk op OK.
Als de functie start, worden de oude aanpassingswaarden gewist. Een dialoogvenster geeft aan: procedure geslaagd / mislukt.
Als deze functie mislukt, moet u de voorvereisten van de test controleren en mogelijke foutcodes repareren.
Verlaat de functie en koppel het diagnostisch gereedschap los
Schakel de ontsteking uit voor 30 sec., en schakel hem aan voor 30 sec.