Deze functie wordt gebruikt om een aanpassing uit te voeren van de koppelomvormer en zal uitgevoerd worden in geval van klachten over het inschakelen van de koppelomvormer.
Opmerking
De aanpassing bestaat uit twee stappen:
Aanpassing via koude start.
Aanpassing via koppelbereiken.
Test condities:
Motor draait stationair.
Schakelhendel in stand "D".
Koelvloeistoftemperatuur <20°C.
Procedure:
Start de functie.
Er verschijnt een dialoogvenster waarin de koelvloeistoftemperatuur staat die behaald wordt tijdens het rijden.
Nadat de temperatuur bereikt is, zal het voertuig stoppen in overeenstemming met het dialoogvenster.
Rijcyclus wordt uitgevoerd voor de volgende temperaturen: 20, 40, 60, 80 °C.
De functie eindigt nadat een hele rijcyclus uitgevoerd is.