Deze functie wordt gebruikt om de nulwaarde voor de lichtbundelregeling af te stellen. Stel het nulpunt af na reparatie of vervanging onderdelen in de lichtbundelregeling.
Test condities:
Contact aan, motor uit.
Accuspanning hoger dan 12 V.
Voertuig dient onbelast te zijn.
Het voertuig moet op een vlakke ondergrond staan.
Actuele waarden peilsensors moeten binnen het geldige bereik vallen.
Procedure:
Start de functie.
Een dialoogvenster toont de huidige waarden voor de peilsensors en het geldige bereik.
NB: waarden peilsensors moeten binnen het geldige bereik vallen.
Bepaal of de afstelling van het nulpunt in het dialoogvenster moet worden verricht.
Een dialoogvenster geeft aan of het testresultaat positief is.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.