Deze functie wordt gebruikt om roetpartikels te verbranden in de partikelfilter via de motorregelmodule (ECM).
Opmerking:
Belangrijk! Verbranding van roetdeeltjes (regeneratie) moiet buiten worden uitgevoerd. Indien dit niet mogelijk is, vervang de deeltjesuitstootfilter.
Als de functie wordt geannuleerd door de gebruiker, kan het starten van de auto problemen opleveren! Zet het contact uit, verwijder de sleutel, vergrendel de auto en wacht gedurende ca. 30 seconden, en probeer dan de auto te starten.
Test condities:
Motorkoelvloeistof-temperatuur minstens 45 C.
Temperatuur koelvloeistof hoger dan 80°C.
Geen foutcodes aanwezig voor temperatuurvoelers van deeltjesfilter of catalytische omvormer.
Procedure:
Controleer of aan alle startvoorwaarden (testvoorwaarden) voldaan wordt.
Kies de functie: "Verbrandingsroetdeeltjes".
Het verbrandingsproces start na ongeveer 1 minuut, de motorsnelheid loopt geleidelijk aan op naar 4000 rpm.
Als de handeling mislukt is, ziet u 'Controleer testvoorwaardes'.
Na ongeveer 5 minuten is het verbranding voltooid, dit wordt aangegeven doordat de motor rpm terugkeert naar de normale stationaire snelheid.
Druk dan "OK" om de functie te verlaten.
Een doorgaande regerenatie kan op elk moment gestopt worden door op de koppelingpedaal of rempedaal te drukken.