Bij het uitvoeren van een basisinstelling van de controle van de bandendruk (RKA), wordt de ABS regeleenheid gereset op de afleveringsstand. De basisinstelling moet worden uitgevoerd wanneer:
Een systeemfout wordt aangegeven (de RKA-lamp brandt permanent) en de foutcode 2214 wordt opgeslagen in de ABS/ESP regeleenheid.
Opmerking:
Na de basisinstelling moet de controle van de bandendruk handmatig worden gekalibreerd.
Testcondities:
Contact aan, motor uit.
De accuspanning moet hoger zijn dan 12V.
Uitvoering:
Kies de functie: "Controle bandenspanning".
Na uitvoeren van de basisinstelling verschijnt "Aanpassing geslaagd" / Aanpassing niet mogelijk.
Verlaat de functie.
Voer handmatige kalibratie uit door gelijktijdig gedurende minstens 2 seconden te drukken op ASR/ESP en de knoppen voor controle van de bandendruk. Na een geslaagde kalibratie klinkt een bevestigingstoon.