Bij het vervangen van een regeleenheid moet de versie worden gecodeerd voor een juiste werking.
Een onjuist versiecode kan de veiligheid of het functioneren van de auto aantasten.
De regeleenheid moet van het juiste type zijn om de versiecode goed te keuren.
Test condities:
Contact aan, motor uit.
Accuspanning hoger dan 12 V.
Alle stroomverbruikers zijn afgekoppeld.
Procedure:
Start de functie.
De gecodeerde data van het voertuig is gecontroleerd.
Druk op "JA" om de nieuwe controle eenheid te controleren
Zet de ontsteking af voor 20 seconden.
De functie is uitgevoerd.
Controleer de functie.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.