Voor het aanpassen van nieuwe sleutels voor de auto, MOETEN alle sleutels, oud en nieuw, voor de programmering beschikbaar zijn. Alle codes moeten opnieuw geprogrammeerd worden.
Coderen van de sleutels, in de volgende stappen:
Aflezen, behandelen en wissen van eventuele foutcodes
Neem alle sleutels die geprogrammeerd/gebruikt zullen worden voor het voertuig.
Krassen om de veiligheidscode te lezen
Voer de veiligheidscode in zoals die aangegeven is op de codekaart, in het veld van de veiligheidscode; druk op OK en wacht op de bevestiging.
Zet het contact uit.
Start sleutels programmeren, druk op OK. Zet het contact aan met een niet-geprogrammeerde sleutel.
Schakel in met een ongeprogrammeerde sleutel.
Zet het contact uit.
Ga door zoals vanaf punt 7 aangegeven tot alle sleutels geprogrammeerd zijn (maximum. 5).
Zet het contact aan.
Verlaat de programmering door selectie van de functie: Verlaat de programmering, druk op OK (De auto blijft ingeschakeld).
Alle sleutels worden geprogrammeerd in data list 9.
De codering wordt beëeindigd met de synchronisatie van de afstandsbedieningen voor de centrale vergrendeling.
Synchronisatie afstandsbediening, in de volgende stappen:
Voer de bovenstaande procedure uit voor het coderen van de sleutels van het systeem.
Na programmering van de laatste sleutel, laat de auto ingeschakeld.
Druk de vergrendelknop op de afstandsbediening in en hou hem tien seconden ingedrukt.
Zet het contact uit.
Wacht een paar seconden.
De afstandsbediening is nu gesynchroniseerd.