Bij het vervangen van bepaalde componenten, is een inwerkingprocedure nodig om de reparatie te voltooien en voor het correct functioneren van het systeem.
Deze functie wordt gebruikt om de Vane positie van de turbolader in te leren.
Test condities:
Motor draait stationair.
Rempedaal vrijgezet.
Temperatuur koelvloeistof hoger dan 50°C.
Procedure:
Start de functie.
Volg de programma instructies.
De functie is uitgevoerd.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.