Het centrale datageheugen bijwerken, CDS
Deze functie werkt het centrale datageheugen bij in de regeleenheid CDS en moet worden gebruikt nadat instellingen in een regeleenheid zijn gewijzigd.
Als de regeleenheid niet wordt bijgewerkt na het wijzigen van instellingen, wordt een foutcode aangeduid in het centrale datageheugen, CDS.
Test condities:
Contact aan, motor uit.
Procedure:
Start de functie.
Een dialoog box toont test voorwaarden; controleer ze en druk op "OK".
Selecteer vanuit welke controle eenheid het overbrengen plaats zal vinden.
Update start, volg instructies.
De functie is nu voltooid.
Werkt de functie niet, controleer dan de testvoorwaarden en repareer eventuele defecten.